Kick-off 'Groene waterstofketen kanaalzone Zeeuws-Vlaanderen'.

December 13, 2024

Doorbreken van een paradox
Op 6 december is het project ‘Groene Waterstofketen Zwaar Materieel Kanaalzone Zeeuws-Vlaanderen’ officieel van start gegaan. Het doel is om in Terneuzen een keten te ontwikkelen voor lokaal geproduceerde groene waterstof.

De waterstof zal worden gebruikt door lokale bedrijven die zwaar materieel inzetten, zoals vrachtwagens, bouwmachines, graafmachines en schepen. Het Zeeuwse bedrijf H4A is een van de drijvende krachten achter het project. Dit bedrijf maakt deel uit van een consortium van vijf Zeeuwse familiebedrijven: De Pooter Olie, Syndus, De Hoop en Multraship. Alle vijf verkennen zij mogelijkheden om hun activiteiten te verduurzamen, waarbij groene waterstof als een potentiële oplossing wordt gezien.

Kip-en-ei
Jelle Haers, manager ondergrondse netwerken bij H4A en lid van het projectteam, legt uit dat het doel van dit project is om door de kip-en-ei-paradox rondom waterstof als brandstof heen te breken. “De elektrificatie van transport is inmiddels goed op gang gekomen. Maar voor zwaar materieel en vrachtwagens is elektrificatie geen geschikte oplossing. Waterstof lijkt een goed alternatief voor fossiele brandstoffen, maar op dit moment zit het gebruik van waterstof vast in een kip-en-ei-paradox. Fabrikanten van voertuigen en apparatuur aarzelen om voertuigen te ontwerpen die op waterstof kunnen rijden, omdat er geen geschikte infrastructuur is. Tegelijkertijd is er geen geschikte infrastructuur omdat er onvoldoende voertuigen zijn die op waterstof rijden. Hierdoor blijft waterstof een dure oplossing. Bovendien is de productie van waterstof, met name groene waterstof die nodig is om transport en materieel zoals kranen te verduurzamen, nog beperkt.”

Haalbaarheidsstudie
Om deze paradox te doorbreken kwamen in 2020 elf bedrijven in Zeeuws-Vlaanderen samen. In 2022 werd HZ University of Applied Sciences, Zeeuwind, VoltH2 en H4A gevraagd een haalbaarheidsstudie uit te voeren naar de realisatie van een waterstofketen voor zwaar materieel in de regio. Op basis van de resultaten besloten vijf bedrijven om verdere stappen te zetten.

“Uiteindelijk bleven van de elf bedrijven die in 2021 samenkwamen om oplossingen te zoeken, vijf bedrijven over,” vertelt Jelle Haers. “H4A heeft aangeboden om de coördinatie van het project op zich te nemen, terwijl alle vijf partners hun eigen manier hebben om waterstof in hun activiteiten te implementeren. Als aannemer gebruikt H4A veel zwaar materieel waarvoor waterstof een geschikte brandstof zou kunnen zijn. Multraship en De Hoop kunnen waterstof in hun schepen gebruiken, en Syndus in hun eigen en verhuurapparatuur. De Pooter Olie exploiteert verschillende tankstations, waarvan één voor het project zal worden ingezet.”

Proeftuin
Haers vervolgt: “Binnen het project hebben we de verplichting om ons materieel om te bouwen voor het gebruik van waterstof. Op deze manier fungeren we als een waterstofproeftuin en kunnen we nieuwe waterstofgebruikers in de regio ondersteunen met advies om de overgang naar waterstofgestuurde apparatuur te vergemakkelijken. Dit stelt ons in staat sneller op te schalen naar 1.000 kg per week, wat resulteert in een concurrerende prijs voor waterstof in vergelijking met fossiele brandstoffen. Een belangrijk onderdeel van het project is de realisatie van een waterstoffaciliteit bij een van de tankstations van De Pooter Olie. Dit station ligt aan de Beneluxweg bij het Kanaal van Gent naar Terneuzen en is geschikt om schepen van waterstof te voorzien. Dit wordt het eerste station in Nederland voor zowel schepen als voertuigen.”

Strategische waarde
Voor de ondersteuning van het project is een OPZuid-subsidie van € 647.436 toegekend door de Provincie Zeeland en het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling voor de komende vijf jaar. “In totaal hebben we berekend dat het project ongeveer € 2,5 miljoen zal kosten en we zijn blij met deze subsidie, omdat het helpt om het project te starten,” zegt Jelle Haers. “Daarnaast toont de financiële steun van de overheid aan dat zij vertrouwen hebben in onze plannen. Maar de subsidie verplicht ons ook om de plannen binnen vijf jaar te realiseren. Tot nu toe verloopt alles goed, want De Pooter Olie heeft al de benodigde vergunningen ontvangen om het tankstation om te bouwen voor waterstof. Op dit moment zoekt het projectteam naar de juiste partner om de waterstoffaciliteit te bouwen. We willen in het tweede kwartaal van dit jaar beslissen wie deze faciliteit gaat bouwen. We denken aan een systeem met verwisselbare containers, omdat dit een eenvoudige manier is om waterstof te vervoeren. We hopen het tankstation in het tweede kwartaal van 2025 operationeel te hebben.”

Groene waterstof
Het project sluit goed aan bij de verschillende initiatieven in het North Sea Port-gebied op het gebied van groene waterstof. “Om ons materieel zo duurzaam mogelijk te maken, is het de beste oplossing om groene waterstof te gebruiken,” legt Haers uit. “Daarom praten we met VoltH2, dat van plan is een fabriek voor groene waterstof te bouwen in zowel Vlissingen als Terneuzen. VoltH2 heeft onlangs ook een subsidie ontvangen, en als alles volgens plan verloopt, zou deze faciliteit in 2026 operationeel moeten zijn. Het gebruik van lokaal geproduceerde groene waterstof van VoltH2 zou natuurlijk het beste scenario zijn voor onze plannen, dus laten we hopen dat hun plannen net zo positief verlopen als die van ons.”